Bijna dagelijks ben ik buiten. Ik vind het heerlijk om uit te waaien.
Ik heb mijn camera mee, zodat ik meer oog heb voor mijn omgeving dan voor mijn lijf.
In de verte zie ik dat het mistig is.
Wonderlijk hoe versluierd mijn werkelijkheid ineens kan zijn.

Het weer is een mooie inspiratiebron. Het kleurt mijn dag.
Ongeveer een half jaar geleden heb ik een nieuw fenomeen ervaren in mijn persoonlijke weerberichten: hersenmist.
Ook wel breinmist genoemd, of in het Engels brain fog. Of correcter: cog(nitive) fog.
Bij multiple sclerose kom ik door de kapotte zenuwuiteinden voor nieuwe situaties te staan. Mijn brein zoekt B-weggetjes om het doel te bereiken.
Als ik mijn rechtervoet wil optillen, doet mijn bovenbeen zijn best om dat voor elkaar te krijgen. Lukt niet. De nieuwe verbinding is onlogisch, maar de normale lijn is afgesloten. Het hapert, de weg is langer, dus krijg je ‘vertraging op de lijnen’.
Mist ontstaat als ik over mijn grenzen ben gegaan (die ik toch niet voel), door spanning, drukte, vermoeidheid, een overvloed aan prikkels.
Het zorgt voor nog meer vertraging, verwarring, soms vervreemding en wanhoop.
Gelukkig staan al mijn concentratie-en-compensatie-hulptroepen meestal bereidwillig startklaar.
Doseren, voldoende slapen en ontspannen, helpen mijn interne legertje in puike conditie te blijven en alle missies te volbrengen.